vrijdag 18 maart 2016

Zoiets als beroepstrots... Weten dat je er toe doet...

In de afgelopen dertig jaar heb ik in verschillende contexten mogen werken. Eerlijk gezegd bijna allemaal onderwijscontexten. Ik wilde voor mijn vijftigste een kanteling maken. Da’s gelukt. Over vier maanden word ik vijftig en voor het eerst in mijn leven ben ik werkzaam in de Kinderopvang. Een sector waar ik tot dusver enkel vanuit onderwijsperspectief naar gekeken heb. Ik heb pedagogische trainingen mogen verzorgen aan tussen- en naschoolse opvang, heb me op allerlei wijzen verdiept in de leeftijd 0-4 jaar, heb actief meegedacht in kindcentra, in partnerschappen, maar eerlijk gezegd heb ik nooit vanuit deze kant gewerkt en door de ogen van pedagogisch medewerkers gekeken.


Het wordt me steeds duidelijker, kinderen zijn het probleem niet. Die ontwikkelen zich, ondanks alles wat wij bedenken. Wij! Wij zijn het probleem. Terwijl we qua ontwikkelingspsychologie weten dat de fasering loopt van 0-7, van 7-14 en van 14 tot 21 jaar, hebben we in onze instituten scheidslijnen aangebracht. Terwijl we vanaf ’85 weten dat kleuter- en lager onderwijs één is, is op de meeste scholen de knip tussen kleuters en groep 3 voel- en zichtbaar. Bedachte realiteiten.


Ik ontmoet een nieuwe doelgroep. Pedagogisch medewerkers. Locatie, gebied en clustermanagers. Ik ontmoet jeugdzorg, de GGD, de wetgeving, de opleidingen, de partnerschappen. Waar ik in het onderwijs wenste dat studenten en leerkrachten trotser zouden zijn op hun beroep en zouden tonen hoe waardevol zij zijn in het verrijken van kind ontwikkeling, zou ik die wens nu uit willen schreeuwen. Ik kom ze tegen: Medewerkers met stralende ogen, met liefde voor kinderen en een trotse uitstraling wat betreft hun werk. Maar meer en vaker zie ik onderdanigheid. Naar ouders, omdat zij betalende opdrachtgevers zijn? Naar scholen, omdat daar hoger opgeleide krachten werken? Of omdat zij didactiek hoger inschatten dan pedagogiek?


De voor-, tussen- en naschoolse periode is van grote waarde. Kinderen spiegelen zich aan rolmodellen, ontdekken talenten bij zichzelf die zij alleen thuis niet zouden ontdekken. Ze leren van leeftijdgenootjes, van jongere en oudere kinderen. Het leren zoals vroeger in grote gezinnen gebeurde: Zorgen voor elkaar. De kunst afkijken van de groten, zorgen voor kleintjes.


Meer dan alle plekken waar ik gewerkt heb, gun ik pedagogisch medewerkers de erkenning die zij verdienen. Gun ik hen een professionele leergemeenschap, samen met de partners in kindcentra, waarin zij een waardevolle rol in kunnen nemen, mee kunnen denken en de waarde van de pedagogiek kunnen laten zien. We zien in VIB trainingen waar KO en PO samen optrekken dat pedagogisch medewerkers gewend zijn samen in een groep te werken, en dus het als vanzelfsprekend ervaren dat er feedback gegeven word, dat je kwetsbaar bent. Dat je samen kijkt naar kinderen. En dat terwijl groepsleerkrachten in hun eentje een kleutergroep aansturen, zich richten op didactiek en educatie, maar de zelfreflectie liefst zo ver mogelijk bij zich vandaan houden.


Het is nog pril, ik werk er ruim twee maanden. Maar hoor de stem van Paulo Freire fluisteren in mijn hart; Geef mensen een stem in hun eigen taal. Empower ze. Maak ze trots. Weten dat ze er toe doen, dat ze van waarde zijn, en volop bijdragen  aan de ontwikkeling van kinderen. Ik hoef niet meer overtuigd te worden, ik zie het. Maar wat zou ik willen dat ik een emmer vol trots en passie kon sturen naar de MBOers op de groepen. Zodat zij trots, met stralende ogen, en intens betrokken ouders en leerkrachten tegemoet treden. Omdat zij de kinderen kennen en het beste in hen naar boven weten te halen. Dat dus!

©Wilma van Esch ~ Directeur Pedagogiek KoreinGroep

1 opmerking:

  1. Jolanda van Hal18 maart 2016 om 15:20

    Wilma,

    Wat een mooie ode aan de pedagogisch medewerkers!!!
    En hoe raak zijn de woorden!
    Ik ben, als voormalig onderneemster in de kinderopvang, al weer 9 jaar werkzaam als docent Pedagogisch Werk bij ROC de Leijgraaf in Veghel en Oss.
    Met veel plezier geef ik mijn kennis en ervaring door aan pm-ers in de dop. En ook de liefde voor alle kinderen waar ze mee werken.

    Ik herken je woorden helemaal.
    Er wacht een mooie taak om leerlingen die de opleiding binnen komen met het idee om 'iets leuks met kinderen te gaan doen' op te leiden op school en in de praktijk tot beroepskrachten die TROTS zijn op hun bijdrage aan de ontwikkeling van 'hun' kinderen.
    Groet,
    Jolanda van Hal
    Docent en regisseur onderwijsontwikkeling
    ROC de Leijgraaf

    BeantwoordenVerwijderen