Hij komt binnengelopen en geeft een ferme hand. Klaar
voor een gesprek met ons. Ik ben aangenaam verrast door de energieke uitstraling
van deze jonge leerkracht. In het kader van de schoolleidersopleiding van T4T in
Kenia voeren directeuren gesprekken met leerkrachten die hen qua competenties
of qua inzet zorgen baren. Doel is door te vragen, te ontdekken wat er speelt,
wat de ander nodig heeft om in zijn haar kracht te komen. Deze leerkracht is
zeer competent, maar komt de laatste tijd structureel te laat en vertoont
ontwijkend gedrag richting de directeur.
Hij is nog geen dertig, schat ik in. Lang, energiek,
sportieve uitstraling en sprekende ogen. Als ik kind was, zou ik wel bij hem in
de klas willen zitten. Hij is benieuwd waarvoor hij uitgenodigd is. De groep
loopt lekker, de scores zijn goed, de kinderen zijn enthousiast en leergierig.
Mijn collega spreekt hem aan op zijn te laat komen. Dan versombert de blik van
de leerkracht, hij vouwt zijn armen over elkaar, slaat zijn ogen naar beneden. ‘Domestic
problems’, zegt hij en wil er verder niet op ingaan. Tot mijn verbazing gaat
mijn collega er ook niet op in. Hij geeft slechts aan dat hij het niet langer accepteert,
dat de leerkracht op tijd op school dient te zijn. De leerkracht herstelt zich,
recht zijn rug en belooft beterschap. Voortaan zal hij op tijd zijn. Mijn
collega rond het gesprek af door te zeggen dat zij elkaar met regelmaat zullen
spreken en dat hij er alle vertrouwen in heeft dat het goed zal komen.
Terwijl de leerkracht naar de klas loopt, kijk ik mijn
collega vragend aan. Hoezo doorvragen en kijken wat de leerkracht nodig heeft?
‘Tja’, zegt hij, ‘domestic problems. That happens in
Kenya’. Het blijkt een geweldige leerkracht.
Hij houdt van zijn werk, hij houdt van kinderen. Een jaar geleden is hij
getrouwd, sindsdien zijn de problemen begonnen. Hij komt veelvuldig te laat,
het heeft te maken met zijn vrouw. De ruzies volgen elkaar in hoog tempo op.
Een paar maanden geleden heeft hij zichzelf proberen te vergiftigen. De vader
van de leerkracht heeft contact gezocht met de directeur. Die is op huisbezoek
geweest. De schade viel mee, maar het signaal verontrustte hem natuurlijk wel. En ja, hij wil er wel degelijk iets mee.
We tekenen de situatie uit op de roos van Leary, ons trainingstool van deze week. Mijn
collega tekent zichzelf in de ‘leading’ position, en de leerkracht op de
posities terugtrekken en afstand. We spreken over wel of niet bemoeien, ik voel
een cultuurverschil. Of misschien ook niet. Deze leerkracht heeft dringend hulp
nodig en geen berisping. De kans dat hij zich verder terug gaat trekken en
misschien kiest voor zelfdoding lijkt realistisch. Is het cultuur om dat te
negeren? Mooi om te ervaren hoe we al tekenend en pratend inzicht krijgen.
Mijn collega wil meer van zijn leerkrachten in te tekenen
op de roos van Leary en zijn positie in relatie tot hen te situeren. Er
ontstaat een boeiend gesprek. Voor een aantal is hij helpend, voor anderen leading. Met een agressieve leerkracht heeft hij in de
linkerkant van het kwadrant gezeten en gekozen voor competitive. Die leerkracht
is om die reden vervroegd uitgetreden. Mijn collega weet wat hij wil en heeft
een vriendelijke maar zeer duidelijke rol in zijn team. De roos van Leary geeft
inzicht, hij denkt hardop over bewegingen die hij dient te maken om collega's
te empoweren. En ik bedenk me hoe rijk het is om diep in Afrika met een
schoolleider te mogen sparren over wat goed is voor je team. En onze inzichten te spiegelen aan mijn eigen leiderschapsstijl en team.
© Wilma van Esch ~ Teachers 4
Teachers Schoolleadercourse ~ www.teachers4teachers.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten