Maandagochtend
in Roemenië. Ik ben te gast in de bovenbouw van Scoala Babel. De school is
sinds twee jaar actief. Een bijzonder project, opgezet door ouders en
professionals. Inmiddels volgen 41 kinderen in drie groepen onderwijs. En ik
ben dus op bezoek bij de 8-10 jarigen.
De sfeer is
goed, kinderen zijn benieuwd wie ik ben en wat ik kom doen. Wanneer ze horen
dat ik uit Olanda kom, veert één van de kinderen op. Hij haalt een boekje uit
zijn la en begint volop tegen me te vertellen. Wat is het toch bijzonder, om
een taal niet te spreken en een kind direct te verstaan. Het is een Roemeens
boek vol Nederlandse verhalen, hij is dol op Nederlandse verhalen. En wil weten
of ik de verhalen in het boek ook ken. Ik blader er door maar kan geen pap
maken van wat ik lees.
In de groep
ligt een groene zitschijf. Als je daarop gaat zitten, heb je iets bijzonders te
vertellen. Met een glunderend gezicht gaat hij zitten en vraagt of ik een
Nederlands verhaal wil horen. Monica, de leerkracht gaat naast hem zitten en
vertaalt voor me. Zijn tanden zijn nog aan het wisselen. Zijn mimiek is
prachtig. Hij vertelt, vertelt en knikt telkens eventjes als Monica voor me mag
vertalen. Hij vertelt over het ontstaan van de ploeg, over hebzucht, over
varkens. Een prachtig verhaal. Ik ken het helemaal niet. De andere kinderen
luisteren mee, of pakken rustig wat eigen werk op.
Hij is acht
en een rasverteller! Wat mooi, dat tempo, die afwisseling, de kracht van het
verhaal. Het vuur uit zijn bruine ogen.
In het
vliegtuig naar huis denk ik na over verhalen uit Nederland. Ik bedenk dat ik me
uit mijn kindertijd geen specifiek Nederlandse verhalen herinner. Over onze
oorsprong, mythen, sagen… niks. Ik ken sprookjes, maar die zijn niet
oerhollands. Ik ken bijbelverhalen, die hebben hun oorsprong al helemaal niet
in Nederland. En verhalen vertellen aan elkaar, dat leerden wij niet op school.
Zou het komen
omdat de school geen digibord heeft, waarop je filmpjes kunt tonen. Zou het
komen omdat de leerkracht van deze kinderen veel van taal en verhalen houdt? En
veel speelt met taal, verhalen, vertellen. Wat gun ik onze kinderen deze rust, ruimte
en dit aanbod. De tijd om te lezen, tot je te nemen en vrij uit te vertellen
als er een gast uit het buitenland komt.
Dank je wel,
rasverteller, ik heb van je genoten!
©Wilma van
Esch
Geen opmerkingen:
Een reactie posten