Kinderen zijn de meest interessante experts die ik ken. Ze kunnen feilloos aangeven waarom het bij de ene docent wel en bij de andere niet werkt.
In gesprek met 1ste klassers VO hoor ik dat een docent van hen overspannen is geraakt. ‘Wat is overspannen eigenlijk?’ vraagt er een. Ik had niet eens bedacht dat dit wel eens een onbekend fenomeen kon zijn. Samen zoeken we naar momenten waarop zij merkten dat het niet goed ging met hun docent. Ze wijzen deze momenten precies aan. Het zijn momenten van overreactie, van onredelijkheid. Van de teugels zo strak aantrekken dat ze wel moeten bokken, ze kunnen niet anders. En diep in hun hart vinden ze deze docent echt heel aardig. Daar zit ‘t hem helemaal niet. ‘Maar dan weer mag alles en dan weer is ie ineens superstreng. Het slaat echt nergens op!’
Noem eens een voorbeeld, vraag ik hen. ‘Op een dag kwamen we binnen en werden we gelijk uit elkaar gezet!’ vertellen twee jongens. ‘We hadden nog niks gedaan. Begon gelijk lekker zo!’ Ze benoemen het krijgen van vertrouwen, het iedere dag een nieuwe, eerlijke kans krijgen, en wat me nog meer raakt: ze willen eigenaar van hun eigen probleem zijn. Want ze geven de docent gelijk, ze hebben echt teveel liggen kwallen de laatste tijd. De docent zou mogen benoemen dat hij weet dat het vaak mis gaat, dat hij ziet dat ze weer naast elkaar zitten, dat hij ze een kans geeft en dat hij nu van ze wil horen wat hij moet doen als het niet loopt. Dit proces is nog lang niet ontkoppeld, deze pubers geven het nog niet op. Dat is toch fantastisch om te horen, voor een docent.
Ik herken het gevoel van machteloosheid maar al te goed. Een groep voor je neus die je niet meer serieus neemt. En die niet meer doet, wat jij graag zou willen. Je merkt gewoon dat al je acties TE zijn en dat je ontkoppelt raakt van jezelf en van de klas.
Soms ben je te ziek, is de rek eruit. Dan moet je eerst goed bijtanken om weer in volle kracht voor de klas te staan. Soms loopt het langere tijd niet lekker, en ben je helemaal niet afgestemd met jezelf en met je leerlingen. Als de ontkoppeling nog niet te groot is: Kun je dan nog horen wat je leerlingen je zeggen door hun gedrag en uitingen? Lukt het je in alle redelijkheid een gesprek met jezelf en met hen aan te gaan? In plaats van voor hen denken, met hen denken, omdat je het gewoonweg niet kunt, in je eentje.
Dank je wel, jongens, voor dit bijscholingsgesprek!
(c) Wilma van Esch
Geen opmerkingen:
Een reactie posten